Van de Werkgroep Personeelsbeleid: Tot ziens! Going out with a bang
Na vier jaar is het voor mij tijd om afscheid te nemen van het VDBZ-bestuur en het WGP-stokje over te dragen aan Doudouce Luitse en Carlijn Lubbinge. Tijd dus voor een laatste column! De afgelopen jaren heb ik me met veel passie en plezier vanuit het bestuur ingezet voor een nog beter BZ, voor excellente diplomatie met bijbehorend p-beleid dat het beste uit alle medewerkers haalt. En voor een organisatiecultuur waar diversiteit en inclusiviteit een gegeven is, een veilige werkomgeving de standaard is en een open feedbackcultuur de praktijk. Als ik dan de balans eens opmaak, constateer ik dat de druk vanuit de VDBZ heeft geleid tot positieve stappen. Bijvoorbeeld de erkenning van de bestuurder van het belang van loopbaanpaden, talentmanagement, dat HDPO er weer voor de medewerker moet zijn. Dat D&I hoog op de agenda staat. Maar ik moet ook zeggen dat ik – en dat ligt vast gedeeltelijk aan m’n ongeduldige aard – verbeteringen bij BZ maar langzaam vind gaan. Plannen (HR-notitie) zijn mooi. Zeggen dat D&I cruciaal is voor je organisatie is mooi. Erkennen dat verplichte feedback voor leidinggevenden belangrijk is, is mooi. Maar het gaat om de praktijk, het gaat om plannen uitvoeren en durf (@bestuursraad) om voor vooruitgang te kiezen (ik noem nog maar eens verplichte 360 graden feedback voor leidinggevenden).
Tegelijkertijd wil ik niet teveel terugkijken (en zuur afsluiten :-)), maar vooral ook vooruit. Er ligt ontzettend veel op het bordje van BZ de komende tijd, waarbij de taakstelling een overkoepelende grote opdracht is, met effect op de gehele organisatie. De VDBZ zet zich er keihard voor in om ervoor te zorgen dat ‘toekomstbestendig’ niet slechts een leeg begrip is, dat zorgen van medewerkers gehoord worden, dat we blijven werken aan excellente diplomatie.
Afgelopen tijd hebben we onze zorgen zowel met de bestuurder gedeeld (waarmee we in goed gesprek zijn en blijven), als met de politiek. Zoals jullie weten stuurden we een brandbrief aan de Vaste Kamercommissie-BZ met als hoofdboodschap: bezuinigen in deze tijden van grote geopolitieke aardverschuivingen - waarin alleen maar meer van BZ gevraagd zal worden - is onverstandig en leidt ertoe dat BZ níet toekomstbestendig is. Hierover wilde de VKC met ons in gesprek, wat we (Suzanne Tossings en ik) samen met de CNV hebben gedaan. Spannend, want dit doen we normaal gesproken nooit, maar met de vakbondspet stevig op gingen we ervoor. Het gaf ons de kans de boodschappen uit de brandbrief uit te leggen, toe te lichten waarom BZ door de bezuinigingen zo hard geraakt wordt, inclusief in FTE. En uit te leggen welke impact dat heeft: dat er veel capaciteit nodig is in Den Haag en op de posten om de belangen van Nederland goed te kunnen blijven behartigen; hetzelfde doen met minder mensen niet mogelijk is; dat het sluiten van posten ons veel pijn doet, maar dat dit de minst kwade optie is als er 22% bezuinigd moet worden (want alternatief is uitsmeren over de rest van de posten/departement). Ook hebben we enkele aannames (bijv. ‘BZ heeft vast ook veel last van vergrijzing en een hoge uitstroom’) kunnen weerleggen. We hebben allerminst de illusie dit gaat leiden tot het terugdraaien van de bezuinigingen, maar wellicht wel tot beter begrip. En dat kan ons in de toekomst helpen.
Tot slot. Over de boze buitenwereld hebben we geen controle. Maar wel over de interne organisatie van BZ: laten we hier allemaal, individueel en als VDBZ-collectief, iets moois van maken, met oog voor elkaar en met hart voor de zaak
Elbrich Algra