Verkiezingsprogramma: Voor Elkaar

10 april 2023

Voor de VDBZ is het belangrijk dat de komende twee jaar echt gebruikt gaan worden voor actie; van voornemens naar concrete resultaten. Op veel vlakken wordt al hard gewerkt door collega’s om onze organisatie een betere organisatie te maken. De VDBZ blijft hen aanmoedigen. Op andere gebieden is nog veel te doen en dat vraagt extra aandacht. Collega’s maken zich bijvoorbeeld zorgen over de korte tijd die er is tussen plaatsingsbesluit en het moment van aantreden. Leidinggevenden zien gaten in de eigen bezetting ontstaan, maar staan daarin te vaak alleen. Collega’s lopen vast nadat zij zijn uitgeschreven bij de eigen woonplaats in Nederland. De verbinding die collega’s voelen met en binnen onze organisatie staat onder druk. Op inclusie en diversiteit moet de organisatie echt
stappen zetten. De lijst met zorgpunten is best lang. Soms zijn knelpunten ook al jarenlang bekend. Het is nu tijd voor het omzetten naar echte oplossingen en concrete resultaten. Het is tijd voor, loyaliteit die gevoeld wordt, vanuit het personeel en vanuit de organisatie. Daarom komt de VDBZ met dit programma waarin punten staan waar de VDBZ zich voor zal inzetten in de ondernemingsraad en daarbuiten. Onderwerpen die ons aan het hart gaan we waar wij ons voor inzetten voor ons allemaal.

Namens de gezamenlijke kandidaten op de VDBZ-kieslijst 2023:

1. Inclusie en diversiteit, juist bij BZ
Het racismerapport heeft serieuze tekortkomingen binnen onze organisatie duidelijk gemaakt. Serieuze opvolging, waarbij cultuurverandering het doel is, staat voorop. BZ dient een daadwerkelijk inclusieve organisatie te worden. Wat de VDBZ betreft gaat de opvolging van het rapport iedereen binnen de organisatie aan en moet dus ook door iedereen in de organisatie worden opgepakt, waarbij leidinggevenden het goede voorbeeld geven. Juist BZ moet een plek zijn waar diversiteit gevierd en de bijbehorende normen en waarden worden uitgedragen en gehandhaafd. De VDBZ in de ondernemingsraad hecht aan diversiteit en inclusie en betrekt de verschillende netwerken actief bij de cultuurverandering.

2. Een veilige werkomgeving
Misstanden binnen onze organisatie moeten goed worden geadresseerd. De normen die we binnen BZ hanteren bij grensoverschrijdend gedrag moeten helder zijn. Worden zij overschreden, dan moet dat veilig gemeld kunnen worden en de procedures die dan gevolgd worden, moeten bekend zijn. Worden grenzen overschreven, dan volgen consequenties. Het is belangrijk dat er geluisterd wordt en dat medewerkers die zich melden, zich gehoord weten en gesteund weten door onze organisatie en dat daadwerkelijk zo ervaren. BZ is transparant over de omgang met grensoverschrijdend gedrag. Leidinggevenden hebben een speciale verantwoordelijkheid bij het creëren van een veilige
werkomgeving en moeten hierop beoordeeld worden.

3. Diversity of thought
Diversity of Thought, een inclusieve, veilige werkomgeving en integriteit zijn belangrijk voor het werkplezier, maar juist ook voor de kwaliteit van ons werk. De organisatie moet daarin verder gaan dan het belang van diversity of thought alleen te benoemen. Hiërarchie maakt tegenspraak niet altijd makkelijker terwijl we als organisatie wel beter worden van diversiteit in denken en diversiteit aan inspraak. Ethische en morele dilemma’s vragen om tegenspraak en diversiteit aan argumenten. De Wet Open Overheid onderstreept de noodzaak hiertoe. De VDBZ vraagt daarom om ambtelijk leiderschap dat luistert en waarin voor medewerkers wordt gestaan als dat nodig is.

4. Talentontwikkeling centraal
De VDBZ zet in op brede talentontwikkeling. Het ontwikkelpotentieel van alle medewerkers kan beter benut worden. Voor de VDBZ moet persoonlijke ontwikkeling een centraler onderdeel worden van het p-gesprek en persoonlijke ontwikkelingsplannen een centralere positie binnen BZ krijgen. Dat geldt voor iedere BZ’er: beheer, ondersteuning, beleid, management, lokaal, uitgezonden, specialist en generalist. Talent, talentontwikkeling en ervaring moet er toe doen. Als medewerkers de ruimte krijgen bij BZ en BZ zich inspant om het maximale uit zijn medewerkers te halen dan worden zowel de organisatie als de medewerkers daar beter van.

5. Ontwikkel loopbaanpaden!
Al jarenlang wordt gesproken over loopbaanpaden binnen BZ. Tot nu toe is er niet veel meer dan een stormbaan in het bos, waarbij te veel collega’s verdwalen. De VDBZ zal blijven inzetten op duidelijke loopbaanpaden voor iedereen en in elke functiegroep. Talent, persoonlijke ontwikkeling en werkervaring moeten hand in hand gaan en daarmee loopbaanperspectieven geven. Aandacht hebben voor wat verschillende functies vragen is belangrijk binnen onze organisatie!

6. Excellente diplomatie gaat verder dan BZ
We zijn te sterk gericht op de interne BZ-organisatie bij het denken over de loopbaan. Excellente Nederlandse diplomatie gaat verder dan BZ. BZ moet zich actief inzetten voor loopbanen die richting EDEO, de VN of andere multilaterale instellingen, elders in het Rijk of bij een bedrijf of ngo leiden. De VDBZ ziet Nederlandse diplomatie breder dan bij BZ alleen. Loopbaanpaden waarbij werkervaring elders wordt opgedaan moet tellen.

7. Geen P-schouw
VDBZ is er trots op dat de P-schouw is afgeschaft. Het instrument voldeed niet aan de belofte voor de organisatie en de behoefte van de medewerker. De VDBZ blijft kritisch op onduidelijke procedures, flexibele criteria en voortdurende bewegende doelpalen. We hebben een personeelsbeleid nodig dat perspectief biedt voor alle medewerkers.

8. Modern Partnerbeleid
Het BZ-partnerbeleid is aan vernieuwing toe. De Nederlandse maatschappij is een diverse
tweeverdienersmaatschappij. Of het nu gaat om hypotheek, belastingen of pensioenopbouw. BZ moet als werkgever oren en ogen hebben voor de uitdagingen waar de medewerkers en de partners mee te maken hebben. Zo maak je het verschil en kan BZ duurzaam een aantrekkelijke werkgever zijn. Partners hebben een eigen loopbaan en willen of moeten blijven werken; dat geldt als beide partners bij BZ werken, voor zzp’ers, ondernemers of distant workers. Er is aandacht nodig voor de positie van de partner bij vertrek naar het buitenland, maar ook bij terugkeer naar Nederland. Er dient daarom passende en persoonlijke ondersteuning te komen voor knelpunten waar partners
mee te maken hebben, bijvoorbeeld bij in- en uitschrijving in Nederland, belastingaangifte, werk mogelijkheden, zorgverzekering, pensioenopbouw en verblijfsstatus in Nederland. Partnerbeleid moet oog hebben voor de Nederlandse maatschappij in de 21e eeuw dus ook voor partners van gelijk geslacht of voor partners uit niet-EU lidstaten.

9. Vertrouw op vakmanschap
Ambtelijk vakmanschap staat binnen het Rijk steeds meer onder druk. Eerlijk ambtelijk advies waarbij de burger, de volksvertegenwoordiging en de brede ambtelijk organisatie naast de politieke imperatief centraal staan, lijken steeds minder een vanzelfsprekendheid te zijn. Ambtelijk vakmanschap is ook diplomatiek vakmanschap. Binnen en buiten BZ vraagt de kennis en ervaring die medewerkers op de posten opdoen om respect en erkenning. Deze telt, ook binnen het Rijk. De VDBZ vraagt van de bestuurder oog te hebben voor ambtelijk vakmanschap op een hoog niveau.

10. Menselijk contact en maatwerk
Systemen zoals SSP moeten ondersteunend zijn aan de organisatie en de medewerker, niet leidend. Richt niet voor alles een formulier in, maar zet menselijk contact en vakmanschap centraal, voor iedereen, of nu in leidende positie of niet. Dat geldt zeker ook voor de posten: geef hun de ruimte om passende oplossingen te bedenken voor lokale problemen, zonder voor alles een centraal loket aan te moeten schrijven. Binnen BZ werken we niet langs elkaar heen, maar gaan we het gesprek
aan met elkaar om zo beter begrip te krijgen van elkaars werk en werkomstandigheden. Voor de VDBZ is waarderende collegialiteit belangrijk.

11. Waardeer ondersteuning en beheer
De waardering voor het werk en de professionaliteit van beheermedewerkers en ondersteunende medewerkers heeft te lang te weinig aandacht gehad. Goede diplomatie en goed beheer kunnen niet los van elkaar bestaan. Als diplomatie en beheer goed op elkaar afgesteld zijn, dan vormen zij gelijkwaardige radertjes voor het resultaat van het geheel. Als we hier geen oog voor hebben is de negatieve impact voor de kwaliteit van het werk van het hele ministerie groot. Herwaardeer daarom ondersteunend werk, heb oog voor vakmanschap en geef iedereen de tools die nodig zijn om onze organisatie goed te laten werken. Dat geldt ook voor de arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden bij BZ, die zich moeten laten meten met andere ministeries.

12. Verbinding
Nu we uit de COVID-pandemie zijn gekomen, is duidelijk geworden dat het zich verbonden voelen met de BZ-organisatie onder druk staat. Voor nieuwe collega’s geldt dat wie bij onze organisatie komt werken, wordt opgenomen in een team of directie. ‘Aanlanding’ zoals we dat zijn gaan noemen is een belangrijke taak van elk organisatieonderdeel en van de BZ-organisatie als geheel. Door hierin te investeren voelen collega’s zich verbonden met de organisatie en kennen zij sneller de werkprocessen binnen het ministerie. Tegelijkertijd is het belangrijk dat eenieder zich goed verbonden voelt met onze organisatie, ook na vele jaren werken bij BZ. Dat vergt oog hebben voor elkaar, waardering uitspreken en erkennen dat eenieder een belangrijke rol speelt bij het gezamenlijke resultaat dat we neerzetten met elkaar.

13. Flexibiliteit
Flexibiliteit in werken is essentieel. We moeten na COVID zowel fysiek als digitaal ons werk kunnen doen. Dus geen lage bureaunormen en anonieme flexbureau’s. VDBZ is voor daadwerkelijke flexibiliteit, zowel in Den Haag als op de posten. Die flexibiliteit bereik je niet door werkplekken af te schaffen, maar door iedereen voldoende ruimte te bieden voor een vrije keuze. Dit betekent goede tools voor thuiswerkers en voldoende passende werkplekken op een fijn kantoor.

14. Een plek voor alle Haagse BZ’ers
De Rijnstraat is slecht uitgerust om medewerkers deze keuze te bieden, uit Terminal Zuid moeten we binnenkort vertrekken en de collega’s in Rijswijk zitten te ver weg van de rest. Daarom pleit VDBZ voor één representatieve locatie met ruimte voor alle Haagse BZ’ers. Een kantoor waar iedereen naar behoren kan werken. Voor de VDBZ is belangrijk dat er actie wordt ondernomen om te voorkomen dat het ministerie in de komende jaren door verschillende locaties niet verder uit elkaar groeit.

15. Een einde aan de publiek – private dienstverlening op R8
De manier waarop gewerkt wordt op de Rijnstraat is een doorn in het oog van veel BZ-collega’s. Zaaltjes die niet beschikbaar zijn, te dure catering, te weinig werkplekken, geluidsoverlast en facilitaire voorzieningen die niet gerepareerd worden. We hebben een representatieve ontvangst van buitenlandse gasten nodig, we leveren nu steeds een verkeerd visitekaartje af. De dienstverlening is van een te laag niveau en veel te duur, collega’s die op TZ werken kennen het verschil. De VDBZ ziet geen reden waarom een slechte dienstverlening niet aangepakt kan worden.

16. Sterk binnen het Rijk
BZK pakt steeds meer regie over de inrichting van de Rijksdienst. De Algemene Bestuursdienst zal oog moeten blijven houden voor het specifieke belang van onze organisatie. Onze organisatie moet voldoen aan de eisen van informatiebeveiliging die onze NAVO en EU-partners van ons vragen bijvoorbeeld. De VDBZ zet zich daarom Rijksbreed – samen met andere ondernemingsraden – in voor een beter alternatief. Aanpassen naar de 21e eeuw: ja! Maar dat betekent voldoende passende werkplekken, op kantoor – en thuis voor wie dat wil en kan – passende ontmoetingsruimtes, goede ICT en andere ondersteuningsmiddelen die alle BZ’ers in staat stellen om hun werk goed te doen

17. Andere ministeries van BZ
De vraagstukken op ons ministerie verschillen van de vraagstukken op veel andere onderdelen binnen het Rijk. De VDBZ zal daarom ook sterker de link leggen naar andere ministeries van Buitenlandse Zaken en de ondernemingsraden aldaar. Als alternatieven en opties van voorliggende voorstellen er zijn, zullen we ook de blik naar buiten werpen.

18. Een ondernemingsraad midden in de organisatie
De ondernemingsraad is er voor iedereen en van iedereen. Daarom wil de VDBZ dat de
ondernemingsraad benaderbaar is, zo transparant mogelijk werkt en representatief is voor de organisatie. We zijn er voor een ondernemingsraad die leert van ervaringen van anderen en die weet in te brengen bij de bestuurder.